Bij besluitvorming over stadsvernieuwing speelt het voorzieningenniveau vaak een grote rol. Om bepaalde investeringen rendabel te maken voorzien de plannen vaak ook in nieuwe kantoren of winkels. Dit is ook het geval bij de spoorzone in Culemborg. Deze plannen voorzien onder meer in een verplaatsing van een supermark naar de spoorzone. De overige ondernemers zijn bang dat er daardoor onvoldoende mogelijkheden over blijven voor met name ouderen om in hun stadscentrum hun boodschappen te doen. Maar is dit wel een belang dat zij in de procedure bij de Raad van State naar voren mogen brengen?
Belanghebbende – relativiteit
Tegenstanders van dit soort projecten kunnen daartegen alleen opkomen bij de bestuursrechter als zij als belanghebbende kunnen worden aangemerkt. Daarnaast kunnen de argumenten die zij naar voren brengen alleen tot vernietiging van het besluit leiden als het recht waar zij zich op beroepen de bedoeling heeft om hen in hun belangen te beschermen (relativiteitseis). Dat klinkt wat vaag, maar zal ik hierna uitleggen.
Duurzame ontwrichting voorzieningenniveau
Wanneer een bestemmingplan invloed kan hebben op het voorzieningenniveau van een bepaald gebied dan moeten deze effecten van tevoren worden onderzocht. Daarbij gaat het vooral om de vraag of inwoners van een bepaald gebied gebruik kunnen maken van de benodigde voorzieningen binnen een aanvaardbare afstand. Daarbij kan je denken aan de aanwezigheid van supermarkten, huisartsen en bouwmarkten. Nieuwbouw van met name grote detailhandelsvestingen zoals Albert Heijn, Lidl en Action kunnen klanten wegtrekken uit andere centra. Het gevolg daarvan kan zijn dat de winkels in andere centra door teruglopende klandizie moeten sluiten, waardoor het voorzieningenniveau in dat gebied wordt aangetast (duurzame ontwrichting van het voorzieningenniveau).
Casus spoorzone Culemborg
Dit speelde ook in de uitspraak over de Spoorzone in Culemborg. Een supermarkt zou worden verplaatst vanuit het stadscentrum naar de spoorzone. Daardoor zou er nog maar één supermarkt in het stadscentrum aanwezig zijn. De tegenstanders van het plan, een ondernemersvereniging, voerde aan dat deze supermarkt slecht loopt waardoor de kans zou bestaan dat deze ook binnen afzienbare tijd zou moeten sluiten. In dat geval zouden er geen supermarkten meer aanwezig zijn in het stadscentrum. Volgens de tegenstanders zou dat leiden tot een duurzame ontwrichting van het voorzieningenniveau.
Oordeel Raad van State
De Raad van State beslist dat de vraag of al dan niet sprake is van een duurzame ontwrichting van het voorzieningenniveau niet strekt ter bescherming van de belangen van de ondernemersvereniging. Dit criterium beoogt juist de belangen te beschermen van de inwoners in het voorzieningengebied. De ondernemersvereniging kan dit argument dan ook niet met succes aanvoeren. Alleen de inwoners van het centrum gebied kunnen dit argument eventueel met succes aanvoeren bij de Raad van State.
Wilt u meer weten over ‘duurzame ontwrichting’ of over welke argumenten u met succes kunt aanvoeren bij de bestuursrechter? Neem gerust contact op, want Raadsio+ geeft de oplossing.
Martijn van Geilswijk
martijn@raadsio.nl
06 – 24532711